Uitbreiding van het materieel bestand van het museumdepot

Uitbreiding van het materieel bestand van het museumdepot

Het Bestand van mijn museum is onlangs uitgebreid met een olie gestookte BR 042. De BR042 is het olie gestookte zusje van de BR 41 uit 1936. In dat jaar werd de eerste machine van de serie BR41 aan de Deutsche Reichsbahn afgeleverd. In totaal zij er 366 gebouwd  waarvan de laatste in 1941 werd afgeleverd. De machines waren oorspronkelijk bedoeld voor het rijden van zogenaamde snelgoederentreinen. Door het trekken van slachtveetreinen, kregen de machines als snel de naam De Ossenlok. Zij hadden een groot aanzetvermogen wat de enigszins langzame snelheid goed maakte. In de jaren 50 van de vorige eeuw werd er bij 99 machines van deze serie de ketel vervangen door een nieuwe standaard ketel, die ook werd gebruikt bij de serie 03.10.  44 machines werden bij deze ombouw voorzien van een instalatie om zware olie te stoken. Zij kregen daardoor ook een andere aangepaste tender. Tijdens de omnummering in 1968 werden de kolengestookten exemplaren ondergebracht in serie BR041, en de olie gestookte exemplaren in serie BR042. Het voorbeeld van de Museum machine is de  41 105. Tijdens haar lange  loopbaan bij de Deutsche Bundesbahn is de loc voornamenlijk gestationeerd geweest in Osnabrück, Kirchweyhe en sleet zij haar laatste jaren in en bij het betriebswerk Rheine. In 1968 werd ze omgebouwd tot oliestook, ze kreeg de ketel van de buitendienst gestelde olie gestookte 03 1051 en omgenummerd naar 042 105-7 . In 1976 kocht de N.V. Provinciale Zeeuwse Energiemaatschappij (PZEM) de lok van de DB om in Vlissingen als stationaire stoomketel dienst te doen. In 1980 verhuisde zij, na voor een symbolisch bedrag verkocht te zijn, naar de Stoom Stichting Nederland (SSN) waar zij jarenlang het gezicht vormde van de SSN.

De DB 042 105 in Salzbergen. Zij heeft net een goederentrein over gegeven aan de Bentheimerveisenbahn

Zo stond de 041 er bij bij de PZEM

Een werknemer van de PEZM had eens gehoord dat de Nederlandse stoomlokomotieven groen waren geweest, dus was hij alvast maar begonnen met de zijkant van het Mc-huis!

Na het afstoten door de PZEM is de 41 gekocht dopor de SSN. Helaas had NS de rails al opgebroken dus moest de machine met zijn tender vis de weg naar de rails .

 

 Na een grondige restauratie in de loods van de Vlieringse komt de 41 als herboren 042-105 uit de loods.

Na een grondige inspectie van het lopend drijfwerk is de lok gereed om opgestookt te worden, maar….voor het zover is zal er eerst brandstof in moeten!!

Om in stijl te blijven wordt de stookolie aangevoerd in een historisch verantwoorde tankwagen van de sponsor Shell.

Via de achterzijde  wordt de verwarmde olie langzaam in de tender gepompt.

De stapel afgekeurde pallets die dienst moeten doen als aanmaakhout zijn voor de 41 105 onbruikbaar. De brand gaat er nu op een andere manier in.

Na het bunkeren wordt de 41 105 weer terug naar de loods gezet om de tender met de olie op temperatuur te houden. De 65er die als rangeerloc dienst die gaat ook de stoomleveren om de 41 op druk te brengen.

Stoom is nodig om de dikke olie te verwarmen zodat zij als dunne brandstof door de branders de vuurkist in kan spuiten. Dat is het nadeel van oliestook.

Uit het Preiser perspectief!

De 41 naast haar zware kolengestookte zuster klaar voor de inzet.

Mooi is hier het verschil tussen de beide series te zien.

De museale 41 en 44 ingezet voor een extra trein.

Het is druk op het station van Vlieringen aan Zee. Het lijkt wel of dat de stoomlocomotief nooit verdwenen is.